Start     TT     Onze club     Artikels     Foto-gallerij     Enquete     Links

Mijn kweekervaring met de Jardine

In 2003 besloot ik om te proberen kweken met grote papegaaien. Ik wist daar nog niet veel van en ben beginnen lezen en opzoeken. Ik ben dan ook bij verschillende kwekers thuis gaan kijken en daar leer je natuurlijk het meest van. Zo heb ik met al de informatie die ik had aan de bouw van mijn kweekkooien begonnen. Alsook de inrichting van de kweekruimte, bij mij in de kelder. In tegenstelling tot parkieten moeten papegaaien redelijk klein en donker gehuisvest worden. Ook moeten ze rustig zitten omdat ze zeer stressgevoelig zijn.

In het najaar van 2003 heb ik dan mijn jardine pop gekocht, deze was met de hand grootgebracht maar verder was er niets mee gebeurd. Resultaat: een redelijk rustige vogel maar toch een beetje schuw. Leeftijd 3,5 jaar. Mijn jardine man heb ik ongeveer anderhalve maand later gekocht in Nederland. Dit was een import van 4 jaar tevoren. Deze vogel was zeer mooi en heel rustig voor een import vogel. Eenmaal thuisgekomen plaatste ik de man bij de pop. De pop moest niet veel weten van de man, ze vertrouwde het niet en dus bleef ze uit zijn buurt. Na enkele weken zaten ze toch al op dezelfde zitstok en af en toe gingen ze samen eten. Een stap in de goede richting. Na ongeveer 8 maanden constateerde ik dat hun nest bezocht werd. Nu ik dit wist ging ik de vogels een beetje meer observeren. Op een dag zag ik dat de vogels elkaars veren aan het kuisen waren. Natuurlijk was ik blij toen ik dit zag, maar ik wist nog niet wie er in het nest ging. Een tijdje later constateerde ik dat er aan het invlieggat van hun nest geknaagd was. Mijn hoop begon te groeien dat ze gingen kweken. Ondertussen was het augustus 2004 geworden. Zoals iedere dag ging ik de vogels voederen en zag ik alleen de jardine man in zijn kooi zitten. Waar is de pop? Ik dacht dat ze weer is uit de kooi ontsnapt was, dit hadden ze al eens gedaan. Maar nee, het deurtje was nog dicht. Dus kom ze alleen nog maar in het nest zitten. Ik opende voorzichtig het deurtje en ja daar zat ze. Ook al opende ik het deurtje ze bleef zitten. Ik hoopte al een eitje te vinden maar dat was niet zo. Elke keer dat ik langs hun kooi liep zat de pop in haar nest. Ongeveer 2 weken later vond ik het eerste ei in het nest. Ik kon het haast niet geloven. 4 dagen later was het tweede ei er en uiteindelijk kwam er nog een derde ei. De pop zat altijd in haar nest bij de eieren maar toch begon ze niet te broeden. Na 2 weken heb ik de eieren dan maar weggegooid. De pop begon direct aan een nieuw legsel, weer 3 eieren. Dit keer broedde ze wel. Maar helaas waren de eieren onbevrucht. Weer een teleurstelling. Weer de eieren weggegooid en even snel had de pop terug 3 eieren gelegd. Weer begon ze te broeden en ja er was een ei bevrucht. Maar vooraleer ik de eieren kon schouwen was het een gevecht met de pop. Ze wou niet van haar nest gaan en haar eieren agressief verdedigen. Ik moest voorzichtig zijn voor de eieren en toch opletten dat ik niet gebeten werd. Uiteindelijk gaf ze het toch op en kon ik de eieren schouwen. Nadien ging ze redelijk snel terug op haar eieren zitten. Na ongeveer 24 dagen broeden kwam het ei uit. Als ik het jong controleerde had het nog geen eten gekregen van de pop ondanks ze al enige tijd eivoer en kiemzaad kregen voorgeschoteld. De buik van het jong had ook niet een normaal roze kleur, het was te donker naar mijn mening. Later die dag ging ik nog eens kijken of het jong al eten had gekregen, maar tevergeefs. Ik besloot dan van mijn zelfgemaakte opfokkooi al op te warmen tot 37 °C om het jong dan zelf te voederen. Ik had dit al verschillende keren gedaan met colli’s en kakariki’s en met succes. Eenmaal alles in gereedheid was gebracht ging ik het jong halen om te voederen. Dit ging zonder problemen, het jong nam direct de pap aan. Maar al mijn moeite was tevergeefs, enkele uren nadien lag het jong dood. Brute pech! In augustus 2005 begon de pop terug eieren te leggen, weer 3 stuks. En ja de eieren waren deze keer allemaal bevrucht. Eind augustus werd het eerste jong geboren, dit kreeg weer geen eten. Een geluk dat ik mijn opfokkooi al klaargezet had. Dus begon ik terug zelf te voederen. En dit keer met succes. Ondertussen waren de 3 eieren uitgekomen en alle 3 jongen aten goed en groeiden goed. Het was wel zwaar werk, om de 3 uur eten geven, ook ’s nachts. Omdat alles zo goed ging besloot ik van een echte couveuse te bestellen met luchtfiltering en –bevochtiging. Na 3 dagen kon ik deze gaan afhalen. De jongen hierin overgezet en nog steeds ging alles prima. Na ongeveer 3 weken begon het oudste jong iets trager te verteren. Dus kreeg het een maaltijd minder op een dag. Na enkele dagen begon ook nr 2 trager te verteren. Weer enkele dagen later begonnen de 2 oudste jongen gewicht te verliezen en nog trager te verteren. Dit klopte niet meer. Uiteindelijk zijn ze gestorven. Het kleinste jong deed het nog altijd goed. Ondertussen was dit al 11 weken oud als deze opeens niets meer verteerd. De krop bleef gevuld. Ik naar de dierenarts gebeld en ik mocht direct langsgaan. Deze heeft dan een staal genomen van zijn krop en gezien onder de microscoop dat er flagelaten aanwezig waren. Dus behandelen met metronidazole. Het jong geneest snel en na 2 dagen verteerd het terug normaal. Ik was opgelucht dat het terug in orde was. Waarschijnlijk zijn die 2 jongen dus ook gestorven door flagelaten. Nu begon het zelf aan de zaden te prutsen, het was meer spelen met het zaad dan ervan te eten. Uiteindelijk snapt hij het dat het zaad moet gepeld worden en hij eet er een beetje van. Terug een kropblokkage. Hij verteerde het zaad niet. Alles kwam snel weer in orde maar nu had hij precies schrik gekregen van het zaad. Hij kwam er niet meer aan. Ik begon hem dan minder pap te geven en dan begon hij terug zaad te pellen. Weer had hij er van gegeten en terug een kropblokkage. Het kwam wel terug in orde maar ik begon mij ongerust te maken dat hij niet zelfstandig ging kunnen eten. Ik ging overal rondvragen wat het probleem kon zijn en niemand kon mij helpen. Tot Jean (ons welgekend) mij vroeg of de vogel wel grit at. Dat wist ik niet dus heb ik in zijn pap grit gedaan gedurende 2 dagen en dan is de vogel het zaad beginnen te verteren. En op 2 weken was hij volledig zelfstandig. Zo zie je maar hoe 1 ding dat ontbreekt in de voeding zoveel impact heeft. Ondertussen hadden de jardine ouders terug 2 jongen in november. Weer kregen ze geen eten. Omdat ik zoveel werk had met die andere jardine en zijn eetprobleem besloot ik van de 2 pasgeboren jongen onder te leggen bij een koppel colli’s. Die hadden jongen van 4 dagen oud. Dit was natuurlijk een risico, maar die colli’s hebben de jongen 2 weken gevoederd en dan ben ik ze verder beginnen te voederen. Ik was blij dat die colli’s dat gedaan hebben zo had ik toch mijn nachtrust. Met die 2 jongen is alles in orde gekomen.

Zo zie je maar dat het kweken van vogels niet altijd simpel is. Jardine papegaaien kweken is moeilijk, iedereen had mij daarvoor gewaarschuwd. In de “lexicon of parrots” staat de kweek van jardines in avicultuur als volgt beschreven: bereikt, maar dikwijls problematisch,eieren komen niet uit of jong wordt gedood,zeer gevoelig voor nestcontrole en als ze hun jongen grootbrengen worden ze meestal geplukt.

Het eerste jardine jong heb ik gehouden als handtamme vogel. Ik heb hem gedoopt als “Jardi”. Het is echt een plezante vogel. Hij is nu 1 jaar oud en probeert een beetje te praten. Dit jaar hebben mijn jardines nog niet gekweekt, het is wachten op de eerste eitjes dit jaar. Maar ze hebben nog even tijd, normaal begint hun kweekseizoen september-oktober.

Tom Van Malder